Beschikbaarheid rooster en beschikbaarheid dienst buitendienstmedewerker

Onderstaande informatie heeft geen betrekking op de oproepkracht. Het artikel in de CAO over de categorie ‘Buitendienst’ is namelijk niet van toepassing op oproepkrachten.

Beschikbaarheid rooster
Beschikbaarheid roosters worden zoveel mogelijk per maand vastgesteld. In beschikbaarheid roosters staat aangegeven op welke momenten de medewerker zich beschikbaar moet stellen voor het uitvoeren van werkzaamheden. Van dit rooster wordt gebruik gemaakt als het gaat om werkzaamheden die niet vooruit kunnen worden ingepland, zoals bij een dienstrooster. De werkgever geeft uiteindelijk de begin- en eindtijd (totaal maximaal 12 uur) van de beschikbaarheid dienst aan. Ook voor de beschikbaarheid dienst van de medewerker zijn in de cao aanvullende afspraken gemaakt over vrije dagen en rusttijden.

Beschikbaarheid dienst
De werkgever zal bij het inroosteren van beschikbaarheid diensten rekening moeten houden met verschillende afspraken  die in de CAO zijn gemaakt. Een aantal van de afspraken zijn als volgt:

  • In een periode van 28 dagen (=4 weken), mag de werkgever minstens 14 x 24- uur geen beschikbaarheid diensten opleggen en mag de werkgever bij een dienstverband van minder dan 50% 18 maal een periode van 24 aaneengesloten uren geen beschikbaarheid opleggen. Daarbij komt dat de binnendienst medewerker binnen deze periode van 28 dagen ( =4 weken) minstens 2 x twee aaneengesloten vrije dagen moet hebben genoten, waarop dus niet wordt gewerkt.
  • Een beschikbaarheid dienst mag niet tijdens de 11 uur vóór een nachtdienst of de 14 uur na een nachtdienst worden ingeroosterd.
  • Een ingeroosterde beschikbaarheid dienst mag per dag niet langer duren dan 12 uur.
  • De werkgever organiseert de beschikbaarheid diensten van buitendienst medewerkers dusdanig, dat er elke periode van 16 weken een gemiddelde van maximaal 48 uur per week wordt gewerkt. Deze beschikbaarheid diensten kunnen niet tussen de tijdstippen 00.00 en 06.00 uur worden opgelegd.

Aan alle punten van de opsomming moet zijn voldaan.  De werkgever kan van de punten afwijken bij meer dan 16  opgelegde beschikbaarheid diensten in een periode van 16 weken, die (gedeeltelijk) tussen 00.00 uur en 06.00 uur plaatsvinden.  In geval van afwijking moet de werkgever de beschikbaarheid diensten zo inrichten dat de binnendienst medewerker:

  • Gemiddeld maximaal 40 uur per week werkt, of
  • Gemiddeld maximaal 45 uur per week werkt, waarbij na de laatste oproep tussen de tijdstippen 00 en 06.00 uur, een rusttijd van minstens 8 uur wordt genoten. Als de dienst bij een oproep tussen de tijdstippen 00.00 en 06.00 uur direct begint, dan moet binnen de opvolgende 18 uren geteld vanaf 06.00 uur een rusttijd van minstens 8 uur worden genoten.